Breukberekeningen
Merk op dat de invoermethode voor breuken afhangt van de huidige instelling Invoer/Uitvoer in het menu SETTINGS.
73 (enkelvoud breuk) invoeren
(Invoer/Uitvoer: Breuk in/uit of Breuk in/Dec uit)
73 of 73 | 73 |
(Invoer/Uitvoer: Regel in/uit of Regel in/Dec uit)
73 |
(a) Teller, (b) Noemer
2 13 (gemengde breuk) invoeren
(Invoer/Uitvoer: Breuk in/uit of Breuk in/Dec uit)
()213 | 2 13 |
(Invoer/Uitvoer: Regel in/uit of Regel in/Dec uit)
213 |
(a) Teller, (b) Noemer, (c) Geheel getal
Voorbeeld: 23 + 1 12 = 2 16
(Invoer/Uitvoer: Breuk in/uit)
- 23()112
(Invoer/Uitvoer: Regel in/uit)
- 23112
Opmerking
Breuken in berekeningsresultaten worden weergegeven nadat ze zijn teruggebracht tot hun laagste termen.
Druk op om een formaat van een berekeningsresultaat naar een enkelvoud breuk of een gemengde breuk om te zetten. Raadpleeg “Omzetting Enkelvoud breuk en Gemengde breuk” voor meer informatie.
Berekeningsresultaten breukvorm
Een berekeningsresultaat waarvan het totale aantal cijfers van gemengde breuken (inclusief geheel getal, teller, noemer en scheidingsteken ) groter is dan 10, kan niet worden als breukvorm worden weergegeven. In dit geval wordt het berekeningsresultaat als decimale waarde weergegeven.
Voorbeeld 1: 11123456 = 11123456
(Invoer/Uitvoer: Regel in/uit)
- 11123456
Aangezien het totale aantal cijfers van de waarde 11123456 10 is, wordt het resultaat als breukwaarde weergegeven.
Voorbeeld 2: 111234567 (= 12345681234567) = 1,00000081
(Invoer/Uitvoer: Regel in/uit)
- 111234567
Aangezien het totale aantal cijfers van de waarde 111234567 11 is, wordt het resultaat als decimale waarde weergegeven.
Opmerking
Als u breuken en decimale waarden in een berekening mengt terwijl iets anders dan Breuk in/uit is geselecteerd, wordt het resultaat als decimale waarde weergegeven.