Opnemen van een uitvoering met de audiorecorder

De toetsenborduitvoering en pedaalbediening worden als audiogegevens opgenomen. De opname wordt in het WAV-bestandsformaat (lineaire PCM, 16-bit, 44,1 kHz, stereo) opgeslagen op een USB flash-drive die in de USB type-A aansluiting is gestoken of in het ingebouwde flash-geheugen.

Voorbereiding voor gebruik van de audiorecorder

Zet het onderdeel [Replayer/Recorder] in een van de volgende standen.

Opnemen van een melodie met de audiorecorder (WAV)

Gebruik <Audiorecorder (USB-drive)> of <Audiorecorder (intern)>.

Voorbereiding voor gebruik van de audiorecorder

1. Tik op de “0(opname)” toets (licht wit op).

   • Het apparaat komt in de paraatstand voor opnemen te staan en de “0(opname)” toets knippert rood.

   • Tik nogmaals op de “0(opname)” toets om te stoppen met opnemen.

     

   • Wanneer de audiorecorder (intern) wordt gebruikt, toont de visuele informatiebalk de hoeveelheid beschikbare opnameruimte bij benadering. Afhankelijk van de hoeveelheid gebruikte geheugenruimte, zal het gebied dat oplicht aan de linkerkant van de visuele informatiebalk toenemen en wanneer de volledige balk oplicht, is er geen opnameruimte meer beschikbaar.

2. Het opnemen start zodra u begint met spelen.

   • U kunt ook beginnen met opnemen door de “0(opname)” toets ingedrukt te houden en dan op de “a” toets te tikken.

   • De “0(opname)” toets verandert van knipperen naar continu oplichten en de verlichting van de “a” toets dooft.

3. Tik op de “0(opname)” toets om te stoppen met opnemen.

   • De “0(opname)” toets zal weer wit oplichten en de verlichting van de “a” toets licht ook op.

4. Tik op de “a” toets om de gemaakte opname weer te geven.

• Het opnemen zal automatisch stoppen wanneer de beschikbare opnametijd is verstreken. De “0(opname)” toets begint te knipperen als er nog maar weinig resterende opnametijd is.

• De audiorecorder van de Digitale Piano maakt de opnamen in WAV-formaat. Opnemen in MP3-formaat wordt niet ondersteund (weergave van MP3-bestanden gekopieerd vanaf een computer naar een USB flash-drive of MP3-bestanden geladen vanaf een USB flash-drive naar het interne geheugen van de Digitale Piano wordt wel ondersteund).

• De opnamen worden opgeslagen in de bestandsvolgorde van het bestemmingsgeheugen (interne geheugen of USB flash-drive) met bestandsnamen van “TAKE01.WAV” t/m “TAKE99.WAV.” De bestandsnaam is het laatste nummer van het WAV- of MP3-bestand in het bestemmingsgeheugen plus 1. (Als u bijvoorbeeld een opname maakt terwijl er op dat moment twee bestanden, TAKE01.WAV en TAKE03.MP3, in het bestemmingsgeheugen zijn, zal de opname worden opgeslagen met de bestandsnaam TAKE04.WAV).

Opnemen op de audiorecorder terwijl opgenomen gegevens op de MIDI-recorder worden weergegeven

1. Houd “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de C{4 (USB flash-drive) of E}4 klaviertoets (intern flash-geheugen).

   Rechtstreeks selecteren van een instelwaarde (bedieningstype A)

   

   Toetsenbord	Instelling
   C{4	Audio-opname met MIDI-weergave (USB flash-drive)
   E}4	Audio-opname met MIDI-weergave (intern geheugen)

   • De visuele informatiebalk geeft de volgende aanduidingen.

     Bij opnemen op een USB flash-drive: Het derde lampje van rechts knippert.

     Bij opnemen in het interne flash-geheugen: Het meest rechtse lampje knippert.

2. Als u in stap 1 op de C{4 klaviertoets (USB flash-drive) heeft gedrukt, steekt u de USB flash-drive in de USB type-A aansluiting van de Digitale Piano.

3. Tik op de “0(opname)” toets (licht wit op).

   • Het apparaat komt in de paraatstand voor opnemen te staan en de “0(opname)” toets knippert rood.

   • De spoorindicator van het gedeelte dat met de MIDI-recorder wordt opgenomen zal oplichten.

     

4. Om het weergavegedeelte in te stellen, houdt u de “a” toets ingedrukt en drukt dan op de B}1 klaviertoets (Selectie van weergavegedeelte van melodie).

   In-/uitschakelen of veranderen van instelwaarden met behulp van een enkele klaviertoets (bedieningstype D)

   • De “L” en “R” spoorindicators lichten op om het spoor aan te geven.

     

   Spoorindicator	Details van de instelling
   Alleen L licht op	Het linkerhandgedeelte wordt weergegeven en het rechterhandgedeelte wordt gedempt.
   Alleen R licht op	Het rechterhandgedeelte wordt weergegeven en het linkerhandgedeelte wordt gedempt.
   Zowel L als R licht op	Zowel het linkerhand- als het rechterhandgedeelte wordt weergegeven.

5. Het opnemen start zodra u begint met spelen.

   • De MIDI-recordermelodie wordt weergegeven wanneer het opnemen start.

   • U kunt ook beginnen met opnemen door de “0(opname)” toets ingedrukt te houden en dan op de “a” toets te tikken.

   • De maatslagindicator licht op overeenkomstig de maatslag.

   • Zie “Als u opnieuw wilt starten met opnemen vanaf het begin van de opname” als u de opname opnieuw wilt maken.

6. Tik op de “0(opname)” toets om te stoppen met opnemen.

   • De “0(opname)” toets zal weer wit oplichten en de verlichting van de “a” toets licht ook op.

   • Tik op de “a” toets om de gemaakte opname meteen weer te geven.

• Het opnemen zal automatisch stoppen wanneer de beschikbare opnametijd is verstreken. De “0(opname)” toets begint te knipperen als er nog maar weinig resterende opnametijd is.

• De audiorecorder van de Digitale Piano maakt de opnamen in WAV-formaat. Opnemen in MP3-formaat wordt niet ondersteund (weergave van MP3-bestanden gekopieerd vanaf een computer naar een USB flash-drive of MP3-bestanden geladen vanaf een USB flash-drive naar het interne geheugen van de Digitale Piano wordt wel ondersteund).

• De opnamen worden opgeslagen in de bestandsvolgorde van het bestemmingsgeheugen (interne geheugen of USB flash-drive) met bestandsnamen van “TAKE01.WAV” t/m “TAKE99.WAV.” De bestandsnaam is het laatste nummer van het WAV- of MP3-bestand in het bestemmingsgeheugen plus 1. (Als u bijvoorbeeld een opname maakt terwijl er op dat moment twee bestanden, TAKE01.WAV en TAKE03.MP3, in het bestemmingsgeheugen zijn, zal de opname worden opgeslagen met de bestandsnaam TAKE04.WAV).

Wissen van audiobestanden van een USB flash-drive

Gebruik <Audiorecorder (USB-drive)>.

Voorbereiding voor gebruik van de audiorecorder

1. Houd de “a” toets ingedrukt en selecteer het bestand dat u wilt wissen met de bijbehorende klaviertoets.

   

   • Gebruik van de A0 t/m F{1 klaviertoetsen om het TAKE**.WAV (** is 01~99) nummer te selecteren

     Invoeren van instelwaarden met de klaviertoetsen 0 t/m 9 (bedieningstype C)

   • Gebruik van de klaviertoetsen B2/C3 (muziekselectie – / muziekselectie +) om het vorige/volgende melodienummer te selecteren

     Gebruik van de +/– klaviertoetsen om de instelwaarde met 1 te verhogen of verlagen (bedieningstype B)

2. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de B1 klaviertoets (SMF/MRF/audio wissen).

   In de paraatstand zetten en uitvoeren bij de volgende druk op de klaviertoets (bedieningstype E)

   • Laat de “FUNCTION” toets pas los nadat de volgende bedieningsstap is voltooid.

     

3. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de C1 klaviertoets (Uitvoeren).

   • Het bestand wordt gewist.

     

Wissen van het laatst genummerde audiobestand in het interne geheugen

1. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de C{2 klaviertoets (Audio wissen).

   In de paraatstand zetten en uitvoeren bij de volgende druk op de klaviertoets (bedieningstype E)

   • Laat de “FUNCTION” toets pas los nadat de volgende bedieningsstap is voltooid.

     

2. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de C1 klaviertoets (Uitvoeren).

   • Het wissen wordt uitgevoerd.

     

Wissen van alle audiobestanden in het interne geheugen

1. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de D2 klaviertoets (Alle audio wissen).

   In de paraatstand zetten en uitvoeren bij de volgende druk op de klaviertoets (bedieningstype E)

   • Laat de “FUNCTION” toets pas los nadat de volgende bedieningsstap is voltooid.

     

2. Houd de “FUNCTION” toets ingedrukt en druk dan op de C1 klaviertoets (Uitvoeren).

   • Het wissen wordt uitgevoerd.