Notatie in deze handleiding

Notatie van de functienamen en de bijbehorende instellingsopties

In deze handleiding wordt beschreven hoe u de instellingen voor de diverse functies kunt maken. Om gemakkelijk onderscheid te kunnen maken tussen de functienamen en de bijbehorende instellingsopties voor die functies, zijn de namen van de functies omringd door [ ] en de instellingsopties voor die functies zijn omringd door < >.

Voorbeeld:

Zet de functie [Replayer/Recorder] op <Instant replayer>.

Notatie van de nootnamen en toonhoogten op het toetsenbord

De nootnamen en toonhoogten op het toetsenbord worden aangegeven door de internationale aanduidingen (midden C = “C4”), met de laagste C klaviertoets genaamd “C1” en de hoogste C klaviertoets genaamd “C8”.

Figure