Overslaan en naar inhoud gaan

Machten, machtswortels en reciproken

Gebruik onderstaande bewerkingen om machtsfuncties, machtswortelfuncties en reciprokefuncties in te voeren.

Machtsfuncties: (kwadraat), (ne macht)

Machtswortelfuncties: (vierkantswortel), () (ne wortel)

Reciprokefunctie: – [Other] > [-1]


Voorbeeld 1: (52)3 = 15625

  • 53

Voorbeeld 2: (1 + 1)2+2 = 16

  • 1122

Voorbeeld 3: 2 × 3 = 3√2 = 4,242640687 ...

(Input/Output: MathI/MathO)

  • 23

(Input/Output: LineI/LineO)

  • 23

Voorbeeld 4: 532 = 2

(Input/Output: MathI/MathO)

  • () 532

(Input/Output: LineI/LineO)

  • 5() 32

Voorbeeld 5: 10-1 = 110

(Input/Output: MathI/MathO)

  • 10 – [Other] > [-1]

-toets (10e macht)

Op de -toets drukken, is hetzelfde als op drukken. Beide bewerkingen voeren “×10” (MathI/MathO of MathI/DecimalO) of “×10^(” (LineI/LineO of LineI/DecimalO) in.


Voorbeeld: 1,23 × 103 = 1230

  • 1233

Berekeningsbereik √ -vorm

De toegestane displaybereiken van het berekeningsresultaat van de √ -vorm vindt u hieronder terug.


± ab, ± d ± ab, ± abc ± def

1 ≤ a < 100, 1 < b < 1000, 1 ≤ c < 100
0 ≤ d < 100, 0 ≤ e < 1000, 1 ≤ f < 100


Voorbeeld:

10√2 + 15 × 3√3 = 45√3 + 10√2 ... Weergeven in √ -vorm

99√999 (= 297√111) = 3129,089165 ... Weergegeven als decimale waarde

Begin van pagina