Rekenkundige berekeningen
Negatieve waarden binnen berekeningen moeten tussen haakjes staan. Meer gegevens vindt u in "Prioriteitsvolgorde van berekeningen".
Voorbeeld 1: 23 + 4,5 - 53 = -25,5
- 234553
- -25,5
Voorbeeld 2: 56 × (-12) ÷ (-2,5) = 268,8
- 561225
- 268,8
Voorbeeld 3: 7 × 8 - 4 × 5 = 36
- 7845
- 36,
Voorbeeld 4: 64 × 5 = 0,3
- 645
- 0,3
Voorbeeld 5: 2 × [7 + 6 × (5 + 4)] = 122
- 27654
- 122,
Een sluitend haakje weglaten
Voorbeeld: (2 + 3) × (4 - 1 = 15
- 2341
- 15,